In de nieuwe leerweg volgen alle leerlingen een praktijkgericht programma. Alle leerlingen moeten dit programma ook afsluiten.
Er wordt, in de pilot, onderscheid gemaakt tussen licentievrije en licentiegebonden praktijkgerichte programma’s. Licentievrije programma’s zijn programma’s die door elke vmbo-school met een GL en/of TL aangeboden mogen worden. In de pilot zijn de pilotscholen gestart met vijf licentievrije programma’s. Voor deze programma’s is een concept examenprogramma ontwikkeld. Deze concept examenprogramma’s zijn door de Minister vastgesteld voor de pilot en zijn openbaar.
Bekijk de concept-examenprogramma’s op de site van SLO
Bekijk de scholenkaart met pilotscholen
De licentievrije programma’s zijn:
Om licentiegebonden programma’s aan te mogen bieden moet een school een licentie hebben voor het onderliggende beroepsgerichte programma. De pilot met licentiegebonden programma start op 1 september 2022. In mei 2022 komen de eerste concept examenprogramma’s beschikbaar.
De licentiegebonden programma’s waarvoor een examenprogramma ontwikkeld wordt zijn:
Bij de invoering van de nieuwe leerweg vervallen de bestaande beroepsgerichte examenprogramma’s voor de GL. Zij worden vervangen door examenprogramma’s voor de praktijkgerichte programma’s.
VNO-NCW, de MBO Raad, SPV, VO-raad, Platform-TL, branches en de Federatie Techniek en Vakmanschap zijn van mening dat er aan de licentievrije programma’s een meer op de techniek gericht programma toegevoegd moet worden. Zij hebben gezamenlijk aan OCW geadviseerd een dergelijk programma te ontwikkelen onder de naam ‘Techniek en innovatief vakmanschap’.
Bedoeling is dat dit een licentievrij programma wordt (dat door elke school die de nieuwe leerweg aanbiedt aangeboden mag worden) maar dat altijd in samenwerking met een goed geoutilleerde, veilige omgeving met vakbekwame docenten/leermeesters zoals die aanwezig zijn in vmbo-scholen, in bedrijven, bedrijfstakscholen en in het mbo.
OCW heeft dit advies overgenomen en SLO opdracht gegeven een programma Techniek en innovatief vakmanschap te ontwikkelen. In september 2022 start een pilot met dit programma op 12 pilotscholen.
Praktijkgerichte programma’s worden ontwikkeld voor 320 klokuren in leerjaar 3 en 4 van het vmbo. Dit betekent dat de programma’s gemiddeld een omvang hebben van 4 lesuren per week (van 50 minuten) gedurende twee leerjaren. Het voortgezet onderwijs kent geen voorgeschreven lessentabel (met uitzondering van lichamelijke oefening dat gemiddeld 2 uur per leerjaar gegeven moet worden). Dit betekent dat scholen zelf bepalen hoeveel uur per week ze besteden aan een praktijkgericht programma. Dit kan meer of minder zijn dan 4 uur per week. Uiteindelijk moeten de doelen, zoals ze vastgelegd zijn in de examenprogramma’s, beheerst worden door de leerlingen.
Een praktijkgericht programma bestaat uit realistische, levensechte opdrachten uit de regio van de leerling. Deze opdrachten kunnen binnen en buiten de school uitgevoerd worden. In alle gevallen is het de bedoeling dat het regionaal bedrijfsleven betrokken is bij het onderwijs. Met regionaal bedrijfsleven wordt elke organisatie bedoeld die mensen aan het werk heeft, profit en non-profit, bedrijven, instellingen en overheid.
Om opdrachten te verwerven moeten scholen samenwerken met het regionaal bedrijfsleven. Dit kan elke school en elke docent apart doen, maar scholen kunnen hun krachten ook bundelen en een ‘accountmanager’ voor de school of regio aanstellen.
Of die afsluiting zowel een centraal examen (CE) als een schoolexamen (SE) omvat is op dit moment nog niet bekend. Het cijfer dat behaald wordt telt mee in de slaag- zakregeling. In de pilot wordt het praktijkgerichte programma afgesloten met een SE.