U vindt op deze pagina veelgestelde vragen met antwoorden. Deze vragen worden regelmatig aangevuld.
Een leerling moet ten minste vier beroepsgerichte keuzevakken afronden om een diploma te kunnen krijgen. Keuzevakken moeten in alle gevallen landelijk goedgekeurde keuzevakken zijn die voorzien zijn van een ilt-code. In eerste instantie zijn er landelijke keuzevakken ontwikkeld. Vmbo en mbo moeten samen bekijken of deze keuzevakken passen bij de mbo-opleiding die een leerling gaat volgen. Als dit het geval is, dan mogen de keuzevakken inhoudelijk door het mbo worden vormgegeven. Afsluiting gebeurt onder verantwoordelijkheid van het vmbo, maar kan in overleg en met betrokkenheid van het mbo plaatsvinden.
Ook derden (vmbo, mbo, branches, regio’s, enz.) kunnen keuzevakken ontwikkelen. Dit moet wel altijd in samenwerking met het vmbo plaatsvinden. Nieuwe keuzevakken kunnen een landelijke status krijgen als ze door een speciaal daarvoor ingestelde commissie zijn goedgekeurd. Belangrijk is wel dat beroepsgerichte keuzevakken altijd moeten bestaan uit een combinatie van praktijk en theorie. Keuzevakken die bijv. alleen bestaan uit taal en rekenen of buitenschoolse vaardigheden voldoen niet aan deze eis.