Meer veelgestelde vragen over Sterk beroepsonderwijs
Hoe kan ik samenwerken met het bedrijfsleven en het ROC in de regio?
De beroepsgerichte examenprogramma’s bestaan uit een beroepsgericht profielvak en beroepsgerichte keuzevakken. Welke keuzevakken u als school aanbiedt, hangt af van uw mogelijkheden en de regionale situatie. Samen met bedrijfsleven en mbo in uw regio kunt u daarin keuzes maken.
Is het mogelijk verkorting op het mbo te realiseren?
De nieuwe examenprogramma’s hebben niet als belangrijkste doel verkorting op het mbo te realiseren, wel om de aansluiting te optimaliseren. Het is mogelijk onderdelen van het mbo-programma als beroepsgericht keuzevak aan te bieden in het vmbo. Dit heeft op de eerste plaats een voorbereidende en oriënterende functie, maar zou als neveneffect kunnen hebben dat een leerling stukjes van de mbo-opleiding over kan slaan en zo tot verkorting van zijn opleiding kunnen leiden. Verkorting op het mbo kan alleen gerealiseerd worden als vmbo en mbo, op regionaal niveau, over individuele leerlingen, afspraken maken en het samen eens zijn.
Kijkt het mbo mee naar het beroepsgerichte profielvak dat een leerling heeft gevolgd?
Beroepsgerichte profielvakken en keuzevakken vormen samen het beroepsgericht onderwijsprogramma dat een leerling heeft gevolgd. Voor het mbo kan het heel interessant zijn te kijken naar de beroepsgerichte keuzevakken, omdat daarin verdieping plaats kan vinden en een leerling in de beroepsgerichte keuzevakken al onderdelen van een mbo-opleiding kan volgen. Het beroepsgerichte profielvak moet het mogelijk maken om op 0-niveau in het mbo te starten voor een leerling. MBO-opleidingen kunnen leerlingen die hetzelfde profielvak hebben gevolgd bij elkaar in de klas zetten, zodat ze allemaal hetzelfde startniveau hebben.
Is het toegestaan om alle beroepsgerichte keuzevakken door het mbo in te laten vullen?
Een leerling moet ten minste vier beroepsgerichte keuzevakken afronden om een diploma te kunnen krijgen. Keuzevakken moeten in alle gevallen landelijk goedgekeurde keuzevakken zijn die voorzien zijn van een ilt-code. In eerste instantie zijn er landelijke keuzevakken ontwikkeld. Vmbo en mbo moeten samen bekijken of deze keuzevakken passen bij de mbo-opleiding die een leerling gaat volgen. Als dit het geval is, dan mogen de keuzevakken inhoudelijk door het mbo worden vormgegeven. Afsluiting gebeurt onder verantwoordelijkheid van het vmbo, maar kan in overleg en met betrokkenheid van het mbo plaatsvinden.
Ook derden (vmbo, mbo, branches, regio’s, enz.) kunnen keuzevakken ontwikkelen. Dit moet wel altijd in samenwerking met het vmbo plaatsvinden. Nieuwe keuzevakken kunnen een landelijke status krijgen als ze door een speciaal daarvoor ingestelde commissie zijn goedgekeurd. Belangrijk is wel dat beroepsgerichte keuzevakken altijd moeten bestaan uit een combinatie van praktijk en theorie. Keuzevakken die bijv. alleen bestaan uit taal en rekenen of buitenschoolse vaardigheden voldoen niet aan deze eis.
Hoe verhoudt zich de regionale inkleuring tot de landelijke doelen en eenduidigheid van de programma’s?
De nieuwe beroepsgerichte examenprogramma’s geven ruimte voor een regionale inkleuring. In eerste instantie zal er een landelijk pakket van beroepsgerichte profielvakken en beroepsgerichte keuzevakken ontwikkeld worden. De profielen zijn voor alle leerlingen in Nederland gelijk en in het beroepsgerichte profielvak doen de leerlingen centraal examen. Uit het aanbod van beroepsgerichte keuzevakken kunnen scholen een keuze maken. Leerlingen maken een keuze uit het aanbod van de school. Beroepsgerichte keuzevakken wordt afgesloten met een schoolexamen. Met de keuze van beroepsgerichte keuzevakken kan een school aansluiten bij ontwikkelingen in de regio. Geadviseerd wordt de keuze voor keuzevakken te maken in overleg met het regionaal bedrijfsleven en het regionale mbo.
Daarnaast kunnen scholen ervoor kiezen, in overleg met het bedrijfsleven en het mbo in de regio, nieuwe keuzevakken te ontwikkelen. Deze keuzevakken moeten aangeboden worden aan een landelijke commissie. Scholen die een onderwerp aan het keuzepakket toe willen voegen, kijken eerst in een databasis of er al een dergelijke beroepsgericht keuzevak bestaat. Is dat er, dan moeten ze dat aanbieden. Is dat keuzevak er niet, dan kunnen ze ervoor kiezen er zelf een te ontwikkelen en die aan het bestand toe te voegen. Zo blijft er sprake van landelijk gelijke doelen en eenduidige programma’s.
Voor het ontwikkelen van beroepsgerichte keuzevakken bestaat een format met richtlijnen. Geadviseerd wordt over een nieuw beroepsgericht keuzevak contact op te nemen met SLO (vmbo@slo.nl). Medewerkers van SLO adviseren en begeleiden bij de ontwikkeling van een nieuw beroepsgerichte keuzevak.